Grenzen aangeven

Ammy van BedafGeen categorie

Gewijzigd op 14 maart 2020 door Ammy van Bedaf

Grenzen aangeven

Het kunnen aangeven van je grenzen is een belangrijke vaardigheid. Het niet je grenzen aangeven kan verschillende uitingsvormen hebben. Onder deze uitingsvormen zitten onderliggende oorzaken. Als je inzicht hebt in deze onderliggende oorzaken, weet je wat je niet kunt en waarom je het niet kunt en in welke specifieke situaties je het niet kunt. Vervolgens kun je op grond daarvan nieuw functioneel gedrag aanleren, dat algemeen toepasbaar is. Om grenzen te kunnen aangeven, is het nodig dat je die eerst bij jezelf ontwikkelt.

grenzen aangeven

Uitingsvormen

De uitingsvormen van het niet je grenzen aangeven kunnen zijn:
Geen Nee kunnen of durven zeggen of het te vaak Ja zeggen;
Pleasegedrag vertonen; 
Het als het ware verlammen (freeze); 
Het over je heen laten lopen en het niet voor jezelf opkomen.

Vermijdingsgedrag

Op zich is het niet je grenzen aangeven weer een uitingsvorm van iets dat eraan ten grondslag ligt. Het is een vorm van vermijdingsgedrag. Waar het om gaat is de onderliggende reden van dit vermijdingsgedrag inzichtelijk te krijgen. Het geen Nee kunnen zeggen, kan bijvoorbeeld komen doordat je bang bent voor afwijzing

Pleasegedrag

Pleasegedrag kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt omdat je er waardering uit haalt en omdat je graag aardig gevonden wilt worden. Daaronder kan ook weer angst voor afwijzing zitten. Het verlammen kan worden veroorzaakt door afwijzing, door controleverlies of doordat je niet serieus genomen wordt of je niet gehoord voelt. 

Over je heen laten lopen

Het over je heen laten lopen kan worden veroorzaakt door angst voor afwijzing, of omdat je niet over de benodigde gespreksvaardigheden beschikt om voor jezelf op te komen. De afwijzing waar we zo bang voor zijn en die we soms inderdaad over ons heen krijgen, wordt echter voor het grootste gedeelte veroorzaakt door onze eigen gespreksvoering. Daarom kun je dat ook veranderen door je eigen gespreksvoering te veranderen. Ik ga te zijner tijd een apart boek wijden aan een emotioneel gezonde gespreksvoering

Niet voor jezelf opkomen

Het niet voor jezelf opkomen kan worden veroorzaakt omdat je jezelf niet belangrijk of goed genoeg vindt, wat wordt veroorzaakt door allerlei verbale en non-verbale boodschappen uit je jeugd waarin je te horen kreeg dat je niet goed (genoeg) was of dat je iets niet kon. 

Verschillend

Dit zijn allemaal voorbeelden. Per persoon verschillen die. Bovendien zijn er vaak meerdere oorzaken en die oorzaken verschillen per persoon soms ook nog per situatie: daar wel en daar niet; bij die wel en bij die ander niet, op die tijdstippen wel en op andere tijdstippen niet. Het is interessant inzicht te krijgen in waarom iets in het ene geval wel plaatsvindt en in het andere geval niet. Daaruit kun je destilleren wat de onderliggende oorzaken (angsten, blokkades en belemmeringen) zijn. 

Zelf onbegrensd zijn

Omdat je nog niet je eigen grenzen hebt ontwikkeld, heb je zelf evenmin door als je bij andere mensen over hun grenzen heen gaat. De uitingsvormen daarvan verschillen ook per persoon. Mensen hebben van zichzelf niet door dat ze over andermans grenzen gaan. Dat ze over andermans grenzen gaan, komt omdat ze zelf geen grenzen hebben. Om andermans grenzen te kunnen inzien en te kunnen respecteren, is het nodig dat je eerst grenzen bij jezelf ontwikkelt. 

Angsten

Bij de onderliggende oorzaken van het niet kunnen aangeven van grenzen, zit angst voor afwijzing er altijd wel bij, omdat dit een van onze grootste angsten is. Een andere ‘grote’ is angst voor controleverlies. Volgens mij is verlatingsangst de grootste angst die we kunnen hebben. Ik geloof zelf dat verlatingsangst de angst is onder alle angsten, ook onder angst voor afwijzing en onder angst voor controleverlies.

Patronen van vroeger

Die angsten vloeien allemaal voort uit je patronen van vroeger. Als kind had je, terecht, die angst(en); nu gedraag je je er nog naar, terwijl de omgeving waaruit die angsten ontstonden er niet meer is. Dat je je er nog naar gedraagt, komt omdat je nooit anders hebt leren ervaren en omdat je nooit anders hebt aangeleerd. 

Veranderen 

Als je inzichtelijk hebt hoe jouw eigen overlevingsgedrag er uit ziet, krijg je ook concrete handvatten hoe je dat kunt veranderen. Dat veranderen doe je in bepaalde situaties en bij bepaalde personen en dat is maatwerk. Er is daarom geen algemeen recept voor het leren aangeven van je grenzen.

Maatwerk

Dat is de reden dat assertiviteitstrainingen hierin bijvoorbeeld wel inzicht geven, maar niet voor structurele gedragsverandering zorgen. Ik krijg regelmatig de vraag waarom men niet in staat is om te veranderen, ondanks de vele trainingen en workshops die men gedaan heeft. Je hebt behalve inzicht ook nodig hoe jij ander gedrag kunt vertonen. Dat wordt wel geleerd, maar is geen maatwerk. Veranderen kan volgens mij alleen 1 op 1, omdat er anders allerlei sociaal wenselijk gedrag een rol speelt (Wat zullen we wel niet van me denken….?).

Blinde vlek

In een groep kom je sowieso niet bij de onderliggende oorzaken, omdat die ook een blinde vlek voor betrokkene zijn. Als je daarop zou doorvragen waar anderen bij zijn, ontstaat er bewust en onbewust ontwijkend gedrag. De kans daarop is in een 1 op 1 situatie aanzienlijk minder. 

Onderliggende belemmeringen en blokkades

Als je weet wat jouw onderliggende belemmeringen/blokkades zijn, kun je daarin makkelijk ander gedrag leren. Zonder inzicht te hebben in de onderliggende oorzaken verval je vanzelf weer terug in je oude gedrag, omdat je je niet kunt zetten tot gedrag wat niet het jouwe is. Je leert anders gedrag aan als een reactie op iets dat niet de echte oorzaak is van jouw onderliggende patroon en daarom werkt het bij jou niet echt of maar even of niet in alle situaties. 

Passend en functioneel gedrag

Ook het assertiever worden is daarom maatwerk, omdat het er om gaat in welke specifieke situaties men niet assertief durft te zijn en welke vaardigheden men daarin ontbeert. Het betreft (vrijwel) altijd zowel angsten als het niet hebben van de benodigde (gespreks)vaardigheden. Daarom is inzicht in beide nodig om vervolgens passend en functioneel gedrag aan te leren. De benodigde (gespreks)vaardigheden zijn dan de oplossing voor de onderliggende oorzaak. 

Grenzen

Hoe grenzen er uitzien, verschilt per persoon. Die grenzen ontwikkelen zich naarmate iemand zich emotioneel ontwikkelt. Het ontwikkelen van je grenzen is onderdeel van een proces van het alsnog jezelf emotioneel opvoeden. Het heeft ook te maken met wie, hoe en wat iemand wil zijn. Je gaat namelijk jezelf ontwikkelen zoals je zelf wilt zijn: hoe je wilt zijn, wat je wilt zijn, wie je wilt zijn.

Normen en waarden

Je gaat gedurende dat proces je eigen normen en waarden en genuanceerde meningen ontwikkelen en daarin ga je je eigen grenzen ontwikkelen. Pas als je je eigen grenzen ontwikkelt, die ook weer aan verandering onderhevig zijn, kun je vervolgens je eigen grenzen aangeven naar anderen toe.

Integriteit

Het heeft met je persoonlijke en intellectuele en maatschappelijke integriteit, met je autonomie en met je privacy te maken. Het is daarom nodig dat je je eigen grenzen ontwikkelt. Het vervolgens aangeven van jouw grenzen en het ervoor zorgen dat mensen niet over jouw grenzen heengaan, is de vaardigheid die nodig is om je eigen grenzen te leren aangeven. 

Kortom: om je grenzen te kunnen aangeven, moet je jouw grenzen eerst bij jezelf ontwikkelen. 

Als je je vicieuze cirkel wilt doorbreken, je belemmeringen wilt loslaten of alsnog je volledige ontwikkelingspotentieel wilt aanboren, ben je bij mij aan het juiste adres, want ik kan je daarmee helpen door middel van een Eendaagse Coaching.